Trap, twee voordeuren: links 2hoog, rechts 1hoog.
Evelyne Frank was als 12-jarige in 1941 lid geworden van de club Lust en Vrolijkheid, opgericht door Ruth Wiener van huisnummer 16. Evelyne was de dochter van Amerikaanse ouders en kon terugkeren naar de VS. Bron: Finkelstein.
Finkelstein plaatst Evelyne Frank op huisnummer 25 maar dat bestaat niet, er is alleen 1- of 2-hoog. Het is onduidelijk waar ze precies woonde. MH
Irma Spielman, pensionhouder, Wenen 1894 – Sobibor 1943
Bron: JM.
Ook van Irma is onduidelijk waar ze precies woonde.MH.
25-1hoog
Bertha Elias-Frank, Bad Kissingen 1871 – Sobibor 1943
Martha Burghardt-Elias, Kassel 1895 – Auschwitz 1944
Otto Max Elias, grossier, Kassel 1897 – Dachau 1944
Ruth Marion Pauline Burghardt, Halle 1924 – Zürich 2005
Het echtpaar Bertha Frank en Julius Elias (1866-1932) woont met hun kinderen Martha Burghardt-Elias en Otto Elias in Kassel waar de familie een winkel in sportartikelen heeft. Julius is al overleden als na een antisemitische aanval op hun winkel in april 1933 Bertha, Martha, Otto en Martha’s dochter Ruth naar Nederland emigreren. Ruth wordt in 1943 gefotografeerd door Annemie Wolff-Koller. Meer is te lezen in het boek van Tamara Becker en An Huitzing, ‘Op de foto in oorlogstijd: Studio Wolff, 1943’. Bron: JM.

Over de lotgevallen van Ruth Burghardt.
Siegfried Wrezynski, geboren 1893, kwam in 1942 uit Westerbork, in 1947 vertrokken onbekend waarheen. Bron: AA.
Stefanski Bronislawa geboren 1898, kwam in 1943 van huisnummer 35-huis en vertrok in november 1951 naar Berlijn. Bron: AA.
Marie J. Kijzer, geboren 1892, kwam in september 1941 naar de Jan van Eijckstraat. In 1948 werd op de woningkaart vermeld ‘reconstructie 1948’, wat doorgaans betekent: naar een concentratiekamp gebracht. Bron: AA.